Het tekort aan kinderopvangplaatsen in Vlaanderen is nijpend: er zijn naar schatting bijna 25.000 plaatsen tekort. Maar wat doen ouders wanneer ze geen opvang vinden? Wat zijn de gevolgen voor hen, en voor wie onder hen zijn die gevolgen het zwaarst voelbaar?
Deze vragen onderzochten we in vier steden – Brussel, Turnhout, Oostende en Aalst – waar het tekort aan kinderopvangplaatsen groot is. Deze steden zijn bovendien bijzonder divers, wat inzicht biedt in hoe verschillende groepen gezinnen worden getroffen.
Laat ons eerst een veelgehoord misverstand dat ouders geen opvang vinden omdat ze te laat hun aanvraag indienen uit de wereld helpen Het tegendeel is waar. Twee derde van de ouders is zich bewust van het tekort en dient hun aanvraag al bijna negen maanden voor de gewenste startdatum in. Dit doen ze via lokale loketten of rechtstreeks bij opvangaanbieders. Toch blijven velen achter zonder kinderopvang. In sommige steden gaat om de helft en meer van de ouders.
De gevolgen van een gebrek aan kinderopvang zijn groot en treffen vooral jonge moeders. Aan onze vragenlijst namelijk 100 gezinnen deel. Daaruit blijkt dat:
23 moeders moesten stoppen met werken.
6 moeders schakelden over naar deeltijds werk.
14 moeders konden hun opleiding niet afmaken.
14 moeders stopten met werk zoeken.
9 moeders moesten een jobaanbieding afslaan.
Ook vaders werden getroffen, maar in veel mindere mate: slechts enkele vaders konden hun opleiding niet afmaken, stopten met werk zoeken of moesten een aanbod afslaan. Sommige gezinnen kozen dan weer voor meer drastische oplossingen, zoals verhuizen naar Nederland.
De impact van het niet hebben van kinderopvang heel erg groot is en vooral terecht komt bij jonge moeders, en in het bijzonder bij kwetsbare jonge moeders.
Zo is er het verhaal van Selina, een alleenstaande moeder met een zoon van 16 maanden, illustreert de schrijnende situatie. Ze woonde in Zellik en werkte in een restaurant in Brussel. Haar beperkte inkomen liet geen private opvang toe, en omdat ze veel waarde hechtte aan de Nederlandse taal, wilde ze haar zoon naar een Nederlandstalige opvang sturen.
Toen haar zoon 6 maanden oud was, moest ze stoppen met werken omdat er geen opvang beschikbaar was. Ze staakte ook haar Nederlandse lessen en kon niet solliciteren of een job aannemen zonder netwerk of kinderopvang.
Het is belangrijk om deze verhalen in beeld te brengen. Kinderopvang heeft naast een sociale en pedagogische functie namelijk ook een belangrijke economische functie. Het stelt ouders, en vooral moeders, in staat om te werken. Het huidige tekort aan betaalbare, kwaliteitsvolle kinderopvangplaatsen belemmert deze economische functie. Het resultaat? Een mogelijke terugval in de emancipatie van jonge moeders, vooral op de arbeidsmarkt.
Dit is niet alleen zorgwekkend voor gezinnen, maar ook voor werkgevers en beleidsmakers. Dit probleem vraagt om een structurele aanpak.
Met ons wetenschappelijk onderzoek brengen we de impact van het tekort aan kinderopvang in kaart. Deze inzichten kunnen nationale en lokale beleidsmakers ondersteunen bij het ontwikkelen van een toegankelijk en kwaliteitsvol kinderopvangsysteem.
Benieuwd naar de impact van het tekort in jouw gemeente of stad? Neem contact met ons op voor een vrijblijvend gesprek en laat wetenschappelijk onderzoek mee de basis vormen voor beleidsbeslissingen omtrent kinderopvang.
Comments